Jaguar XK150

De Jaguar XK150, de voorvader van de Jaguar E-Type, werd gemaakt tussen 1957 en 1961. Na bijna zes decennia hebben veel auto’s er al minstens één restauratie opzitten. Misschien zelfs wel twee, wanneer je een auto gebruikt waar hij voor gemaakt is. Het exemplaar dat wij in onze werkplaats hadden, had wat schade rechtsvoor. Nu kan hij er weer een hele poos tegenaan, of hij nu bereden wordt of niet.

 

Meer van hetzelfde is niet altijd verkeerd
De Jaguar XK150 is voor een gemiddelde autokenner lastig te onderscheiden van zijn voorgangers, de XK120 en XK140. Hoewel de Jaguar XK150 veel van zijn voorgangers weg had, was hij op bijna alle fronten aangepast. De gebogen voorruit zonder spijl in het midden is het meest in het oog springende verschil tussen een Jaguar XK150 en zijn oudere broers. Als je let op de details, zie je dat de koets nét iets anders gevormd is, en dat de motorkap iets langer is. Voor een leek leek het dus net of de XK150 op zijn voorgangers leek, maar echte kenners laten zich niet kennen en kennen het verschil 😉

Langzamer dan zijn voorganger?
Hoewel de meeste auto’s een stukje sneller zijn dan hun voorganger, was dat bij de Jaguar XK150 tijdens de introductie niet het geval. Een jaar later werd dat gecorrigeerd: grotere uitlaatkleppen en andere carburatoren duwden de 3.4 liter zes-in-lijn richting 210 pk en 157 kW. nog een jaar later kon je je als Jaguar-liefhebber ook tegoed doen aan een 3.8 liter met 250 pk en 186 kW (en weer een jaar later zelfs aan een versie met 265 pk en 198 kW). Die laatste was goed voor een top van 212 km/h en een acceleratie van 0 tot 100 in 7.8 seconden. Vlot? Nu misschien niet echt, maar een bescheiden mensenleven geleden zéker wel.